Fonds ter bestrijding van uithuiszetting

Achtergrondafbeelding

Wat is het?

Het fonds ter bestrijding van uithuiszetting geeft een tegemoetkoming aan OCMW’s die huurders met een huurachterstal begeleiden.

Binnen de 5 dagen na de ondertekening van de begeleidingsovereenkomst ontvangt de verhuurder:

  • 50% van de huurachterstal van het OCMW
  • met een maximum van 1.316 euro (2022).

Voor het saldo wordt in de begeleidingsovereenkomst een afbetalingsplan opgenomen.

Het OCMW ontvangt van het Fonds:

  • een forfaitair bedrag van 211 euro (2022)
  • en tot 60% van de huurachterstal, met een maximum van 1.579 euro  (2022).

 

Voorwaarden

De huurachterstal moet minstens 2 maal de huurprijs en maximaal 6 maal de huurprijs bedragen.

Naar aanleiding van de coronamaatregelen komen huurachterstallen ontstaan vanaf 1 april 2020 in aanmerking. Oudere huurachterstallen komen niet in aanmerking.

 

Hoe aanvragen?

Huurders en verhuurders kunnen geen rechtstreekse aanspraak maken op het Fonds. Het OCMW dat de huurder begeleidt beslist autonoom om al dan niet gebruik te maken van het Fonds:

  • Het OCMW neemt kennis van de huurachterstal.
  • Het OCMW beslist om de huurder specifiek te begeleiden bij de afbetaling van zijn huurachterstal, en beslist hiervoor al dan niet een beroep te doen op het Fonds.
  • Het OCMW, de huurder en de verhuurder sluiten een begeleidingsovereenkomst:
    • De huurder verbindt er zich toe om de begeleiding van het OCMW te aanvaarden en de afbetalingen na te komen.
    • De verhuurder verbindt er zich toe geen vordering tot uithuiszetting in te leiden, zolang het afbetalingsplan wordt nageleefd. Als het plan niet wordt nageleefd, verwittigt de verhuurder het OCMW en geeft hij het OCMW minstens 2 weken de tijd om een oplossing te zoeken, vooraleer de vordering in te leiden.

 

 

Meebrengen

  • Zowel identiteitskaart als PIN-code
  • Huurcontract
  • Gedetailleerd overzicht achterstallen huur, vaste kosten en andere kosten
  • Bewijs betaling huurwaarborg
  • Bewijzen van inkomsten van alle gezinsleden (loonfiches, attesten van uitkering, rekeninguittreksel, vakantiegeld, eindejaarspremie, kinderbijslag, onderhoudsgeld, …)
  • Bewijzen van spaargeld (rekeninguittreksels van de voorbije 3 maanden)
  • Facturen of rekeninguittreksels van vaste maandelijkse en jaarlijkse uitgaven (hypothecaire lening, huurovereenkomst, telefonie, kosten auto, verzekeringen, …)
  • Bewijsstukken van schulden
  • In schuldbemiddeling? Breng dan ook de contactgegevens van de schuldbemiddelaar mee